Revalidatiecentrum – Slaappoli – Ergotherapie

Christiaan, vader van Phéline (2005):
“Waar Phéline het meeste baat bij heeft gehad, is de therapeutische peutergroep van revalidatiecentrum De Hoogstraat in Utrecht. Daar kreeg ze de kans om op allerlei gebied gestimuleerd te worden, zonder dat dit per se alleen of fysiotherapie of ergotherapie of logopedie was. Ze kreeg het daar allemaal.

Vanwege haar moeite met slapen zijn we naar de slaappoli van ’s Heeren Loo gegaan.  Hier was een erg goede arts werkzaam, hij is nu met pensioen. Ze hielpen haar echt met haar slaapproblemen. Zo ontdekten ze dat haar melatonine opbouw anders is, dat die later opbouwt in de avond. Ze keken heel breed naar het kind en haar omgeving. Dus niet meteen een pilletje. En als er toch een pilletje moest komen, dan gecontroleerd en niet per se structureel. 

De ergotherapie heeft Phéline geholpen met haar fijne motoriek (via de Hoogstraat, zowel in de peuter-/kleutergroep als later op school). Ze heeft ook extreem weinig kracht in haar handen. Ergotherapie heeft geholpen om dit te ontwikkelen, ook bijvoorbeeld met schrijven.

Fysiotherapie – Gebarentaal – Ondersteunende communicatie interventie

Carol, moeder van Bo (2015):
”Dankzij contacten in Amerika (via de Facebook groep van de PTLS Foundation), wisten we dat motorische stimulatie zou helpen. Daarom heeft Bo vaak fysiotherapie gehad, waar we ook veel adviezen kregen over oefeningen die we thuis ook konden doen.

Logopedie was voor Bo geen succes; we zagen geen verbetering. Toen zijn we gebarentaal gaan leren, wat Bo goed oppikte. Dat was leuk, we konden eindelijk wat beter ‘communiceren’! Eerst een paar lessen via een zorgvereniging, daarna via www.gebarenchallenge.nl. Rond haar tweede levensjaar kwamen eindelijk de eerste woordjes. En Bo ging voorzichtig lopen, een week voordat ze 2 jaar werd! Wat een fantastische stappen. Eigenlijk alles wat ze daarna heeft laten zien is voor ons een feest! Vanaf dat Bo 3 was, heeft ook stichting Milo ons geholpen met een jaar lang een geweldige coach aan huis. Ze gaf ondersteunende communicatie interventie. Denk aan het oefenen met pictogrammen, gebaren, foto’s en plaatjesboek, spel, prikkelverwerking, lichaamsbesef. Het bracht veel ontwikkeling in Bo’s woordenschat en haar manieren van communiceren.  

Cesartherapie – Logopedie – Sensorische integratietherapie

Nathalie Foppen, moeder van Jelle (2005):
“Toen Jelle bijna 3 jaar was, begon hij met logopedie. Dat heeft hij gehad totdat hij 13 jaar was. Zijn spraak is enorm vooruit gegaan, ook door thuis te oefenen in die eerste jaren.

Op speciaal basisonderwijs was het mogelijk om dit op school onder schooltijd te doen. Net als Cesartherapie. Heel fijn dat dat allemaal kan op speciaal onderwijs. Hij durfde nooit op bewegende dingen of te klimmen bijvoorbeeld. Een schommel of een fiets waren te spannend. Vanaf zijn 4e krijgt hij al cesar- of fysiotherapie voor grove motoriek (vooral in de eerste jaren) en fijne motoriek (dit helpt hem nu nog bij het leren schrijven). Hij durft nu zelfs het klimbos in en fietst als een speer!

Tip: Sensorische integratietherapie, een speciale vorm van fysiotherapie, waar Jelle enorm veel baat bij heeft gehad. Hij durfde steeds meer, kon bepaalde prikkels makkelijker verwerken, het maakte hem echt weerbaarder en dapperder om iets uit te proberen.”